Met enige onregelmatigheid schrijven Leike en Jaap elkaar een dialoogblog over het vak en de wereld. Daar kun je je op abonneren, dan krijg je bij iedere nieuwe blogpost een melding. Ook heel leuk vinden we het als je je ermee bemoeit en een eigen bijdrage levert. Naar een specifieke blogpost zoeken of neuzen door alle titels kan in het blog overzicht.

Individuen en groepsdieren

18 september 2013


Beste Jaap,
 
Scherpe observatie. Ben het met je eens.
Maar lastig dilemma voor zo’n regering, want het moet ook gewoon echt minder. Je zult maar regeren. Je doet het nooit goed.
 
Zou het zitten in het feit dat Rutte met zijn liberale opvattingen te veel uitgaat van de kracht van het individu, maar geconfronteerd wordt met het groepsgedrag van de maatschappij? In zijn beeld hebben burgers vrije keuzes op een vrije markt. Dus als je die burgers stimuleert, stimuleer je de markt. En dan regelt de markt wel weer dat het goed komt.
Maar die markt is niet zo vrij als hij denkt, individuen zijn geen rationele spelers in een vrij veld, en gedrag van de overheid is iets waar je als burger rekening mee houdt. We zijn groepsdieren die reageren op signalen uit de omgeving en elkaar daarin ook beïnvloeden.
 
Maar zou het ook kunnen dat we ook wel heel extreem reageren? Dat we zo pessimistisch en angstig zijn omdat we het zo goed hebben? Als je veel hebt, is het niet fijn om iets kwijt te raken. Wennen aan minder is altijd moeilijker dan aan meer. We hebben het zo goed, dat we verstarren bij het idee dat het minder wordt? En ook inderdaad (nog) niet het vermogen hebben om echt de tering naar de nering te zetten en dus verstarren?
 
Groet, Leike

Zuinigheidsmultiplier

17 september 2013


Beste Leike,

Vandaag, Prinsjesdag, blijkt uit onderzoek dat burgers steeds actiever bezuinigen. De oproep van Rutte om vooral auto’s en huizen te gaan kopen heeft geen enkel effect, integendeel lijkt wel.

Nu wordt er in dit vak van ons zo veel gepraat en geschreven over leiderschap en zou je zeggen dat een premier de beste adviseurs heeft. Dan zie je dit type leiderschap? De essentie is toch dat je als leider –of in zijn geval manager van ons land- voorleeft wat je vindt dat anderen zouden moeten doen? Dus als je wil dat mensen bezuinigen moet je dat voordoen, als je vindt dat mensen zouden moeten investeren moet je dat ook voordoen. Zoals wij al vaker zeggen: gedrag communiceert 10 keer zo krachtig als tekst.

Het lijkt erop dat het kabinet niet in de gaten heeft dat het eigen gedrag (vooral bezig zijn met de eigen tering naar de nering zetten) voorbeeldgedrag is. En daarmee een zuinigheidsmultiplier. Inmiddels gelooft minder dan 10% dat onze premier ons uit de crisis zal loodsen. Geen reden om de koers bij te stellen. Waar komt die kloof toch vandaan?

Groet,

Jaap

Efficiencydruk

13 september 2013


Beste Jaap,
 
Ik denk dat proeftuintjes hier niet werken. We beplanten al heel lang proeftuintjes met participatie-initiatieven en anders-organiseer-uitprobeersels. Dat levert maar zelden succes op. 
 
Ik vind het nog niet zo gek om het hele systeem een flinke duw te geven en meteen ook de oplossing niet mee te geven, zodat het wel echt anders moet. De kans dat een proeftuintje in grote, complexe, lang bestaande, robuuste contexten tot grote veranderingen gaat leiden, is klein. Als er al bloemetjes gaan bloeien, dan zijn die binnen de kortste keren door het wortelnet van het grotere geheel verstikt.
 
Wat ik wel verschrikkelijk stom vind, is dat in de veranderingen die jij beschrijft de ‘duw’ gepaard gaat met die enorme bezuinigingen. Met Taleb deel ik dat er redundantie nodig is om dingen uit te proberen zonder al te grote risico’s. En dat kan ineens niet. Maar efficiënt iets nieuws proberen kan niet. Als je niet mag proberen, fouten mag maken, met extra capaciteit of geld verschillende varianten van organiseren kunt onderzoeken, dan gaat het fout. Waarom? Omdat er meestal door de efficiencydruk gekozen wordt voor oplossingen van vroeger: die kennen we, we weten hoe ze werken, en vroeger droegen ze bij aan succes. En dus doen we het weer. En zo bouwen we kwetsbare, fragiele organisaties; organisaties die te weinig in staat zijn om (onverwachte) veranderingen uit hun omgeving op te vangen.
 
Veranderkundig zou ik dus zeggen dat flink ingrijpen in het hele systeem verstandig is, maar dat je dan wel de middelen en de tijd mee moet geven om dat goed te doen.
 
En of het tot windhandel leidt? Ik vrees dat het tot scheefgroei leidt: tekorten bij gemeenten met alle gevolgen van dien, maar een rijksoverheid die buiten schot blijft. Ik  begreep dat Opstelten vandaag pleitte voor een lean en mean ministerie van Justitie, maar dat Justitie daar wel in acht tot tien jaar naar toe mag groeien (op advies van de Galan Groep). Goeie strategie, maar blijkbaar vooral voorbehouden aan overheidsorganisaties die dicht bij ministers zitten.
 
Groet, Leike

De kruik gaat….

12 september 2013


Beste Leike,
 
Je vraagt om een groter en interessanter issue. Ik heb wel een idee. De rijksoverheid geeft een groot aantal taken over aan de gemeenten (maatschappelijke ondersteuning, participatie op de arbeidsmarkt en jeugdzorg). Voor veel gemeenten betekent dit bijna een verdubbeling van de begroting. Zoals je weet geeft het Rijk fors minder geld mee voor de taken dan het zelf nodig had. Het argument is dat de gemeenten met minder geld toe kunnen omdat ze de burger beter kennen en meer maatwerk kunnen leveren.
 
Inmiddels geven de gemeenten bij voortduring berichten af dat ze het absoluut niet gaan redden. Te veel, te moeilijk, te snel, te weinig geld. Bestuurders horen geen paniek te zaaien, dus doen ze heel beschaafd, maar wat ik zo opvang in de gemeenten waar ik kom, is er heel grote onzekerheid of het überhaupt wel kan. 
 
Vakbondsleider Johan Stekelenburg kwam ooit met de gevleugelde woorden ‘onder druk wordt alles vloeibaar’. Ik denk dat dat de strategie van het kabinet is. Een andere volkswijsheid luidt ‘de kruik gaat net zolang te water tot ze barst’. En daar zit het risico. Ik denk dat Taleb het een fragiele strategie zou noemen.
Nu zijn we allemaal heel boos geworden op banken die handelden in producten waar ze de precieze werking niet van kenden. We kennen de gevolgen van de grootschalige en onomkeerbare effecten van die bankencrisis.
 
Het kabinet boekt bezuinigingen (van die decentralisatie) in die nog niet gemaakt zijn. En we hebben nog geen idee wat de effecten zullen zijn voor de mensen die van die voorzieningen afhankelijk zijn. Is dat niet dezelfde windhandel als die van die onverantwoordelijke bankiers?
 
Wat kan je vanuit de veranderkunde hierover zeggen? Zou het niet veel verstandiger zijn om eerst een proeftuintje in te richten alvorens dit over het hele land uit te rollen?
 
Groet, Jaap

Hennes-Plasschaertlaarzen

10 september 2013


Beste Jaap,
 
Goed, geen ‘Bert’  dus. En mooi verhaal, dat van die Bonobo mevrouw en haar vrouwelijk leiderschap. Ik was ook ooit eens in zo’n apenpark en daar zag ik een groep gorilla’s. Daar gaat het wel anders. Daar zijn de mannen de baas en het grote, oude zilverrug-opperhoofd hoeft niet op te staan en enorm hard te schreeuwen. Hij hoefde alleen maar een paar keer met zijn vuisten op zijn borstkas te slaan en pontificaal te gaan zitten … rust in de groep. Verschil tussen mannelijk en vrouwelijk leiderschap? Of verschil tussen bonobo’s en gorilla’s? Ik ga liefst uit van het laatste.
 
Ik moest wel meteen aan deze aapvoorbeelden denken toen ik vanochtend in het nieuws hoorde dat iemand uit de hoogste top van de legerleiding zich in de krant negatief had uitgelaten over het beleid van hun minister. Zag meteen een bonobo met Hennes-Plasschaertlaarzen voor me. Maar vroeg me vooral af of hier toch zou spelen dat er sprake is van een vrouwelijke minister in een overwegend masculiene omgeving. Wie zal het zeggen en wat is het waard om dat te belichten en niet de inhoud? 

 

Eigenlijk vind ik dat we wel genoeg tijd aan dit onderwerp besteed hebben, terwijl we eigenlijk allebei vinden dat het een interessant onderwerp is, maar geen issue. Tijd voor grotere, andere en interessantere issues?

 
Groet, Leike

Illya en chimpansees

7 september 2013


Beste Leike,

Je houdt een pleidooi voor het maken van de ‘Bert’, waarin mannen kunnen aangeven hoe hun wereld is geworden nu al die vrouwen meedoen. Als ik daar een eerste poging voor doe…. Ik ken eigenlijk geen wereld zonder vrouwen, ook in mijn werk niet.  Ik zie ze overal, ik heb eens nagekeken hoe mijn opdrachtgevers eruit zien. Meer vrouwen dan mannen. Ik zie gewoon het issue niet meer. Dus zo’n Illya?

Als de vrouwenbeweging in 1975 had kunnen zien wat in 2013 gewoon is, zouden ze denk ik niet geloven dat het zo snel kan gaan. Vrouwelijke dokters, burgemeesters, brandweerlieden, militairen, hoogleraren. Het roemruchte kabinet Den Uijl had maar één vrouw! Ik gaf jaren les aan jonge adviseurs, in 1990 voor 80% mannen, nu een ruime meerderheid vrouwen. Dat is toch een ontwikkeling die niet meer te remmen is? Het glas is driekwart vol.

Als je heel ongeduldig bent kun je natuurlijk zeggen dat de percentages hier en daar, vooral heel hoog, behoorlijk achterblijven. Is ook zo, maar volgens mij vooral een kwestie van tijd.

Even terug naar samenwerking met vrouwen; ik doe het graag. Maar ik probeer conflicten te voorkomen. Ik ben ook een beetje bang van ze.

In ‘Verzoening’ laat primatoloog Frans de Waal zien hoe chimpansees met conflicten omgaan. Vrouwtjes zijn vriendin voor het leven, steunen elkaar in tegenspoed, zijn ongelofelijk trouw. Tot ze ruzie krijgen. Dan wordt het buitengewoon fel en zijn ze diepe vijandinnen geworden. Het kan niet meer goed komen. De mannetjes daarentegen zijn opportunistisch in hun vriendschappen, ze sluiten coalities in het spel om de macht, dikke maatjes om hogerop te komen. Daarbij krijgen ze soms ruzie, rennen elkaar met veel kabaal achteraan, bijten een oor af, ze zijn woest. Tot dat dat niet meer erg handig is, mannetjeschimpansees kunnen verzoenen, ze kunnen het goedmaken, de ruzie bijleggen en weer vrienden worden.

Frans de Waal waarschuwt ervoor dat chimpansees geen mensen zijn. Zie het als een metafoor. Maar ik herken wel iets. Bonobo’s (dwergchimpansees) leggen alle spanningen bij met sex. Dat kan met hetzelfde geslacht of juist niet, met kinderen en bejaarden en met zichzelf. In de dierentuin van San Diego zitten ze in een ‘adult zone’. Leuk he? Ik zag toevallig deze zomer in Frankrijk in een apendierentuin een groep Bonobo’s waar ruzie ontstond. Grote ruzie. Een enorm gekrijs en geren. Opeens stond een vrouwtje luid krijsend op haar achterpoten met gespreide armen en als een enorme verkeersagent ging ze tussen partijen staan. Dat maakte dermate veel indruk op de anderen dat het snel stil werd. Mooi vrouwelijk leiderschap. En nu ik er over nadenk, het zag er even heel masculien uit.

Vrouwenstrijd noemen strijdvaardige feministen het. Weet jij of er onderzoek is over vrouwen en conflicten? De rol van trouw, het vermogen tot verzoenen, hoe opportunistisch en politiek willen vrouwen zijn? Had Machiavelli ook een vrouw kunnen zijn?

Zou de volgende Illya daarover kunnen gaan? Echte interesse in waarom de dingen gaan zoals ze gaan in plaats van ijdelheden? Alsof goed wijn nog krans behoeft. Ik hoef geloof ik geen ‘Bert’, maar wat meer diepgang in plaats van idealen zou ik wel een stap vooruit vinden.

Groet, Jaap

 

Illya

3 september 2013


Beste Jaap,

Zeker zag ik de Ilja. En ik sta er nog in ook. Met dubbele gevoelens.
Want moet dat nou echt, een special over vrouwen in het vak? Het is toch heel vanzelfsprekend dat vrouwen als consultant, adviseur, trainer, hoogleraar, coach, en zo werkzaam zijn? De dames zijn alomtegenwoordig. De strijd is gestreden, het is niet meer omstreden. Sterker, heel vaak heb ik te maken met situaties waarin vooral vrouwen aanwezig zijn en nog nauwelijks mannen.
Maar helemaal waar is bovenstaande niet. Dit initiatief is ontstaan omdat vrouwen nog maar heel weinig als spreker gevraagd worden en in bladen zijn het ook vaker mannen die aan het woord zijn.
Maar of we dan als vrouwen een special nodig hebben?

Ik schaam me bovendien als vrouw een beetje voor die Illja. Het onderwerp ‘vrouw’ komt eigenlijk niet aan bod. Geen mooie inhoudelijke artikelen over wat het bijzonder maakt om vrouw te zijn in het vak, geen interessante verkenningen over het verschil man-vrouw in het vak, geen wufte verkenningen van het verschil in beinvloedingsrepertoire (verleidingsrepertoire?) of voor mijn part gedegen verkenningen over waarom vrouwen nog steeds zo weinig zichtbaar zijn. In die zin is deze special helemaal niet 1982. Want dat zouden we toen gaan hebben.

Wat doen we in deze tijd? IJdele uiterlijkheden: foto’s, foto’s, foto’s over hoe leuk, interessant, geestig en prachtig de betrokken redactieleden met elkaar het blad maken. En veel human interest: persoonlijke verhalen waarvan ik niet kan zien waarom ze anders zijn dan de verhalen van mannen. Of allochtonen, of gehandicapten, of lesbo’s, of homo’s, of … weet ik veel. Human interest is niet gebonden aan vrouwen of andere soorten. De verhalen zouden over iedereen kunnen gaan.

Wat mij betreft is de ‘strijd’ van vrouwen voor een plekje en een positie op de arbeidsmarkt gestreden. We zijn er. Ruim vertegenwoordigd. Dat we niet altijd zichtbaar zijn, doet daar niet aan af. Dat er verschillen zijn en dat die ingewikkeld zijn (maar ook leuk) en dat het soms ook negatief uitpakt voor vrouwen, dat is mooie gespreksstof. Leuk om het over te hebben en om van te leren. Maar of dat om een special vraagt?
Ik zou graag een special zien voor die groepen die nog meer te bevechten hebben op die arbeidsmarkt, die die zichtbaarheid meer nodig hebben. Tijd voor de Achmed!

En of jij deugt als man als je hetzelfde vindt als wat ik hierboven schreef? Ik vind van wel. Maar ik realiseer me ook heel goed dat ik dit wel schrijven, maar dat een man die hetzelfde zegt de verdenking op zich laadt bang te zijn het old boys network kwijt te raken (of zoiets).
Misschien zit hier wel het echte dilemma als het om vrouwen en mannen gaat: dat je als man niet alles kunt zeggen over dit onderwerp.
Naast de Achmed dan toch maar de Bert, waarin mannen kunnen aangeven hoe hun wereld geworden is nu al die vrouwen meedoen? Zou ik heel erg interessant vinden!

Groet, Leike

Skin in the game

2 september 2013


Beste Leike,
 
Ja, skin in the game is een mooi beginsel van Taleb: Als je extra beloningen wilt als het goed gaan, hoort inleveren erbij als het slecht gaat. Dat maakt dat managers minder vrijblijvend onverantwoorde risico’s nemen. Ik denk dat het waar is dat gematigde beloning ook helpt in gematigder gedrag. En eerlijk gezegd denk ik niet dat het zomaar eenzijdig causaal is. Onmatig gedrag en onmatig belonen versterken elkaar. Ik heb dat door de jaren heen wel bij woningcorporaties zien gebeuren. Halverwege de jaren 80 was ik er voor het eerst bij betrokken: heel beheersmatig, conservatieve verenigingen die niet uit de band konden springen omdat het Ministerie van Volkshuisvesting een strak regime hadden waarbinnen de corporaties opereerden. In de jaren die volgden moesten de corporaties van de politiek zelfstandiger opereren, ondernemender worden, verantwoordelijkheid nemen. De verengingen werden stichtingen, de directeuren werden bestuurder, de maatschappelijke controle verslapte mede daardoor, de Opel Ascona van de directeur werd een Volvo en de directeuren moesten uit eten met projectontwikkelaars en beleggers. Zo leerden zij met sterren eten en beschouwden zich als ‘sociaal ondernemer’. Corporaties zijn kapitaalintensieve bedrijven, er gaat veel geld in om. En als je dat kapitaal een beetje slim belegde verdiende je in sommige jaren meer dan uit je huuropbrengsten. Zo werd de verleiding van rare financiële producten groot en werd de Volvo in een enkel geval ingeruild voor een Masserati. Tja, maar weinig skin in the game, waar het misging verdwenen de bestuurders weliswaar van het veld, maar met medeneming van soms fikse bedragen. Daarmee beschadigen ze in de publieke en politieke opinie (=tegenwoordig ongeveer hetzelfde) een hele sector waar ook tal van mensen hard werken met het hart helemaal op de goede plaats. 
 
Iets heel anders… Zag jij het themanummer van Management en Consulting, de Ilja? Deug ik als man als ik zeg dat ik het erg 1982 vind?
 
Groet,
Jaap
 

In control


Beste Jaap,

Ik kom net uit de ‘systeemweek’. Een week lang workshops en colleges over de organisatie als systeem. Thijs Homan schetste daar vandaag Stacey’s leiderschapsparadox: je bent in control en je bent het ook niet. Als leider ben je niet de grote stuurman die met zijn besluiten zorgt dat resultaten tot stand komen. Je bent vooral, met anderen, onderdeel van het grotere geheel en je rechtstreekse invloed op dat geheel is klein. De resultaten van een organisatie of team kunnen maar beperkt aan de leider toegerekend worden.

Maar je wordt binnen het systeem wel geacht degene te zijn die ‘in control’ is. Je hebt de rol en verantwoordelijkheid om te sturen en beslissingen te nemen. En dat zie je terug in hoe je beloond wordt.

Die bonuscultuur waar jij aan refereert laat de ‘niet in control’-kant onderbelicht. Immers: krijgen alle anderen in de organisatie een evenredige bonus als de resultaten goed zijn? Meestal niet.

Bonussen niet terug hoeven geven, lijkt me een typisch geval van wat Taleb ‘geen ‘skin in the game” noemt: de situatie dat leidinggevenden niet de consequentie van hun eigen handelen zelf niet voelen. Ze worden beloond als het goed gaat, maar als het niet goed gaat heeft dat geen consequenties. Volgens Taleb is dat gebrek aan ‘skin in the game’ een van de redenen waarom organisaties zo kwetsbaar zijn. We hebben hier dus te maken met de bijzondere situatie dat er wel sprake is van het voelen van de consequentie van het eigen handelen. Het zou gewoon moeten zijn, toch? Maar wij vinden het bijzonder.

Of het ook moreel leiderschap is weet ik niet. Ik geloof dat er lang bij de heren op aangedrongen is om dit te doen …

En of ik het vaak in mijn praktijk tegenkom dat mensen moreel leiderschap laten zien. Ik zie voldoende fatsoenlijke leiders die het normaal vinden dat hun beloning binnen proporties is; passend bij hun rol in het systeem. Maar die organisaties hebben dan ook geen idiote bonuscultuur. Op de plaatsen waar dat wel het geval is, valt het me op dat er ook vaak sprake is van ‘uit-proportie-rechtvaardigingen’ over de mate van invloed en belangrijkheid van de eigen aanwezigheid.

Wat bij mij weer de vraag oproept wat er met een cultuur zou gebeuren als je het bonusbeloningssysteem zou vervangen door een gematigder beloningsregime. Zouden leidinggevenden hun rol en plaats in de organisatie ook anders gaan definiëren?

Groet, Leike

Moreel leiderschap

28 augustus 2013


Beste Leike,

Ik hoorde vanmorgen op de radio dat twee voormalig bestuurders van Imtech hun bonussen hebben teruggegeven over de periode dat het bedrijf ernstig in de rode cijfers kwam. Helemaal goed dat ze dat doen, dacht ik. En tegelijk de vraag waarom dat dat zo bijzonder is, dat het op het nieuws komt.

We hebben nogal eens tegen elkaar gezegd dat al die aandacht voor ‘leiderschap’ in ons vak vaak nogal overrated is, alsof de ‘leider’ het bedrijf maakt. Daar zit nogal eens onderschatting in van de (markt)omstandigheden, de kwaliteit van al die andere mensen in de organisatie die dagelijks werk doen en keuzes maken en de altijd onderschatte factor toeval.

Maar deze twee heren tonen iets dat vrij zeldzaam is, ze tonen moreel leiderschap. Ze hebben het fatsoen om fatsoen te tonen. Het fatsoen om niet juridisch te redeneren (het was nu eenmaal zo afgesproken), maar moreel: ik verdien dit niet.

Maak jij dit wel eens mee in jouw praktijk?

Groet,
Jaap

Organisatievragen