Het Raadsel Rutte

7 november 2017


 

 

Beste Leike,

 

Ik puzzel een beetje op wat ik nou vind van Ruttes visie.

Onze premier beweerde ooit dat een visie overbodig is. Dat mensen die er een hebben naar de oogarts moeten. Visieloos handelen en opportunisme liggen dicht bij elkaar. Is Rutte een opportunist? Volgens Van Dale is opportunisme: “het handelen zonder bepaald beginsel, naar de eisen van het ogenblik, waarbij men ernaar streeft iedere omstandigheid ten voordele van zichzelf of zijn partij aan te wenden.”

Dat is Rutte toch niet hè? Hij is niet echt een Berlusconi of een Trump, om eens een paar rasopportunisten te noemen. Rutte is toch meer broodje kaas en glaasje melk en doe maar gewoon dan doe je gek genoeg. Normaal is zijn nieuwe mantra.

Is Rutte dan een pragmaticus?

Volgens Van Dale is pragmagtisme: “opvatting dat mijn zijn handelen niet moet laten bepalen door een ideologie maar door een zakelijke beoordeling van de feiten”. Dat is hem dan alweer veel meer. Met name als het gaat over geen ideologie hebben.

Maar niet als het gaat om een zakelijke beoordeling van de feiten. Kijk eens naar een fragment uit het kamerdebat over de regeringsverklaring over de 1,4 miljard die begroot is voor het opheffen van dividendbelasting voor buitenlandse investeerders. Op vragen naar de wetenschappelijke onderbouwing, of wat het Centraal Planbureau hiervan vindt, of waarom dit punt ontbrak in alle verkiezingsprogramma’s, geeft hij geen ideologische verklaring, maar ook geen afweging op basis van feiten. Hij schakelt eigenlijk naar de overtuigstand. Dat doet hij knap, hoor. Maar de feiten die hij gebruikt, zijn met waterverf aangebracht. Een paar voorbeelden. Volgens hem is het goed voor Schiphol als buitenlandse bedrijven zich hier vestigen. Maar je kunt bijna uittekenen dat hij bij een Schipholdebat overtuigend zal uitleggen dat het goed is voor buitenlandse bedrijven als Schiphol verder uitbreidt. Een andere: het zou goed zijn voor de werkgelegenheid. Maar werkgelegenheid is geen issue meer. De arbeidsmarkt is op veel segmenten al zo overspannen dat er geen personeel te vinden is. Kijk naar ziekenhuisafdelingen die sluiten wegens onvoldoende verpleegkundigen.

Met zo’n gebrek aan feitelijke onderbouwing kom je toch weer dicht bij opportunisme.

Sinds we ons boek Onderweg over pragmatisch veranderen schreven ben ik steeds meer gaan nadenken over de richting van een verandering. Over een goede visie die de koers aangeeft van waarheen de verandering moet lopen. Over waar je op uit bent met je verandering. Hoe geef je vorm aan verandering als je niet weet waarheen? Als je dat niet weet, wordt ieder pragmatisch handelen opportunistisch. Er is richting nodig, koers, een perspectief, iets waar je heen wilt.

Die noodzaak ontkent Rutte. Of toch niet?

Misschien moeten we kijken naar wat Rutte doet, in plaats van wat ie zegt. Misschien krijgen we dan meer zicht op van waaruit hij handelt.

Als we dat doen, dan zien we dat hij in Nederland zegt dat Europa kleiner moet en in Europa dat het sterker moet. Dan zien we dat hij meer uittrekt voor grote bedrijven en Schiphol dan voor de onderkant van de samenleving. Dan zien we dat iedereen graag met hem samenwerkt, maar dat hij steeds aan het langste eind trekt. Dan zien we een ongebroken geloof in de markt alsof er niks gebeurd is in 2007. Dan zien we iemand die schuift van ‘groen-rechts’, via probleemontkenning naar een ambitieus regeerakkoord op klimaat.

Wat we zien is een handige kerel wiens visie is dat een visie je kwetsbaar maakt in het verbinden van mensen met een andere visie. Musil schreef honderd jaar geleden zijn meesterwerk over de man zonder eigenschappen. Opeens snap ik het. En snap ik ook Rutte.

Groet, Jaap

 

 

 

Reageer

Organisatievragen