CBR en Zweedse seks

16 juli 2018


Beste Leike,
 
Vorige week hoorde ik op de radio dat nogal wat kandidaten bij het afrijden zorgen voor gevaarlijke situaties. Soms gaan mensen op voor het rijexamen ver voordat ze de basisbeginselen onder de knie hebben. Het CBR, de rijksinstantie die verantwoordelijk is voor het verstrekken van rijbewijzen, bracht dit bericht naar buiten. De CBR-dame die geïnterviewd werd, vertelde dat er allerlei beunhazen onder de rijscholen zijn, maar dat hun boodschap vooral bedoeld was voor de consument. Die moet beter opletten waar hij zijn rijlessen boekt. Op de vraag of de rijscholen niet konden worden aangepakt, schoot de dame direct weer naar de consument die voor zijn eigen belang moest opkomen……
 
Het CBR ziet zichzelf als instituut dat beoordeelt of iemand mag rijden. Maar hoe logisch zou het zijn als je het rijexamen zou zien als een instrument in het kader van verkeersveiligheid? Het CBR als een instituut ter bevordering van rijvaardigheid? Daar is het rijbewijs toch voor bedoeld?
Als je het zo definieert wordt het de taak van het CBR om rijscholen te certificeren. Dan pak je de keten aan in plaats van je te richten op een stressmomentopname in de rijcarrière van de automobilist. Afrijden is dan niet meer dan een laatste check op de kwaliteit van de keten.
 
Die verantwoordelijkheid van het individu, als je het eenmaal doorhebt zie je het overal. Als individuele, geëmancipeerde burgers alert zijn en hun keuzevrijheid benutten, dan doet de onzichtbare hand van de markt zijn werk en veranderen organisaties zoals rijscholen vanzelf en dan komt alles goed. Als overheid hoef je dan alleen maar te bewaken dat er geen ongelukken gebeuren.
We schuiven op tal van fronten van overheidsgezag en een rol van de staat naar transacties tussen zelfstandige volwassen burgers. Het zit diep in de vezels van de samenleving, deze gedachte dat bij elkaar opgetelde mondige individuele burgers vanzelf de markt reguleren.
Nog een voorbeeldje: Mijn vriendin begeleidt enkele Syrische gezinnen, statushouders die voorlopig in Nederland mogen blijven en moeten inburgeren. Tot voor kort was volgens dezelfde ideologie het idee dat deze vluchtelingen zelf een inburgeringscursus moesten kiezen. De opleidingen die vroeger door ROC’s werden georganiseerd waren naar de markt gebracht. Vluchtelingen kunnen dan zelf een actieve keuze maken voor de beste inburgerondersteuner. Gevolg: een enorme terugval ik kwaliteit van de inburgering. Gelukkig heeft dit kabinet recent gezien dat dit niet werkt, al is het maar omdat het resultaat van inburgering (een geëmancipeerde autonome burger) er nog niet is als gekozen moet worden voor een opleiding.
 
Dat idee van die geëmancipeerde, weloverwogen kiezende burger zie je ook op een andere manier. We doen of je overal een transactie van kunt maken. Of je alle onzekerheid en ambiguïteit weg kunt halen als je maar contracteert. Neem de wetgeving in Zweden waar je sinds kort geen seks met elkaar mag hebben als je niet vooraf daar expliciete afspraken over maakt. Een poging om onderdrukking, aanranding en verkrachting te bestrijden. Voor de volledigheid, de bedoeling is natuurlijk goed, wederzijds plezier is een uitgangspunt. Echter, het spannende gehannes van een eerste keer, het spel van aantrekking en ‘hard to get’ en de spelkant van flirt en erotiek worden vervangen, of op zijn minst onderbroken, door een juridisch momentje. Je moet elkaar eerst expliciet toestemming geven. Dus ook seks wordt een contract tussen twee rationele volwassenen, in plaats van toestemming tijdens het spel waarin emoties en gevoelens centraal zouden moeten staan. Een rationele afspraak over emoties heeft iets gekunstelds.
Ook het modernistische idee dat we ‘eerst denken, dan doen’, de veronderstelling dat ons denken aan ons gedrag voorafgaat, is een rare vooronderstelling. Alsof we steeds eerst een besluit nemen om het en daarna uit te voeren.
Wij zetten ‘pragmatisch prutsen’ bij organisatieverandering centraal in Onderweg en Onomkeerbaar, omdat we vinden dat denken en doen elkaar afwisselen en elkaar verder brengen. Soms gaat het bedenken aan het experiment vooraf, maar hoe vaak word je niet verrast door spontaan handelen dat leerrijke inzichten oplevert of bedenk je iets terwijl je het probeert?
Is dat prutsen nou niet precies het soort uitzoekerij dat ook menselijke verhoudingen spannend en leuk kan maken? Niet als transactie, maar als creatief ontdekkend samenspel?
 
Groet,  Jaap

Reageer

Organisatievragen